Nieuws

Je bent hier:

Sportgeneeskunde

Hoe herken je een hersenschudding en wanneer mag je weer sporten na een hersenschudding?

Ieder jaar lopen 76.000 mensen een hoofdblessure op tijdens het sporten. Daarvan belanden er 14.000 op een Spoedeisende Hulp-afdeling. Bij 14% is het letsel zo ernstig dat opname in het ziekenhuis nodig is en naar schatting overlijden er jaarlijks rond de zes sporters aan een hoofdblessure.

Heeft een sporter na een val of botsing last van misselijkheid, evenwichtsproblemen en is deze duizelig en gevoelig voor licht? Dan bestaat er een kans dat deze last heeft van een hersenschudding.

Hersenletsel vaak onderschat

Uit onderzoek van de Hersenstichting blijkt dat sporters met name licht hoofd- en hersenletsel onderschatten. Als er niet snel, tijdig en op een juiste manier wordt gehandeld, kunnen sporters naast een langzaam herstelproces hun leven lang lichamelijke en psychische problemen houden. Voetbal, hockey, paardrijden, schaatsen, wielrennen, zeilen en zwemmen zijn de meest risicovolle sporten en de sporten waar de ernstigste hoofdletsels voorkomen.

Wat is een hersenschudding?

Bij een hersenschudding worden de hersenen voor korte tijd letterlijk door elkaar geschud. Meestal door een klap of stoot tegen het hoofd. Het is belangrijk om een hersenschudding te herkennen zodat gepaste behandeling ingezet kan worden. De meeste sport-gerelateerde hersenschuddingen zijn licht en veel sporters zijn binnen 10 dagen weer hersteld. Maar er is dus ook een deel van de spelers (+/- 15%) die een langere hersteltijd nodig hebben. Voor deze groep is het erg belangrijk om het herstel van de hersenschudding op de juiste manier te begeleiden, omdat het anders erg lang kan duren voordat een sporter weer helemaal hersteld is.

Hoe kan een hersenschudding vastgesteld worden?

Het is moeilijk om een hersenschudding vast te stellen en het is belangrijk om te weten dat je een hersenschudding ook kunt hebben zonder dat je het bewustzijn hebt verloren. Mogelijke symptomen van een hersenschudding bij sporters zijn:

  • Verwardheid
  • Geïrriteerd reageren
  • Langzaam antwoorden
  • Verdoofdheid, sufheid
  • Hoofdpijn
  • Slaperigheid
  • Evenwichtsproblemen of duizeligheid
  • Dubbel of wazig zien
  • Extra gevoelig voor licht of geluid
  • Misselijkheid
  • Verstoorde concentratie en oriëntatie
  • Geheugenproblemen

Na de klap, val of botsing kun je de sporters een aantal vragen stellen om te controleren of er sprake is van een hersenschudding:

  • Vragen die zijn oriëntatie in tijd, plaats en persoon testen. Bijvoorbeeld: Tegen welke club spelen we? Welke dag is het vandaag? In welke plaats is de wedstrijd?
  • Vragen die zijn concentratie testen, Bijvoorbeeld: wat zijn de dagen van de week van achteren naar voren?
  • Vragen die zijn geheugen testen. Wat is de stand? Op welke positie speel je?

De ernst van een hersenschudding verschilt. Je kunt de Hoofdletsel App (zie onderaan deze pagina) gebruiken om een inschatting te maken van de ernst. Twijfel je over de ernst, neem dan direct contact op met de huisarts of bel 112. Bij twijfel of een sporter wel of geen hersenschudding heeft kun je beter het zekere voor het onzekere nemen: altijd wisselen of stoppen met de training of wedstrijd. Als een sporter nog in dezelfde wedstrijd of training een nieuwe hersenschudding oploopt, dan kan dat levensbedreigend zijn, ook wanneer het om maar een kleine botsing of klap gaat.

Lees op www.sportzorg.nl/sportblessures/hersenschudding wanneer je weer mag sporten na een hersenschudding en hoe je een hersenschudding kunt voorkomen. Ook vind je er informatie over de Hoofdletsel App.

Het artikel is afkomstig van de ‘Werkgroep Hersenletsel van de Vereniging voor Sportgeneeskunde.’ Deze werkgroep bestaat uit: Edwin Goedhart (voorzitter), Arnold Brons, Jean Driessen, Prashant Komdeur, Wout van der Meulen en Niels Wijne: allen sportarts. Bas Pijnenburg (orthopedisch chirurg) en Lot Verburgh (PhD-student at the department of Clinical Neuropsychology of the VU).

Gerelateerd nieuws